Vrouwen in de moskee?

Dit artikel betreft een incident dat in April 2015 plaatsvond.

Op maandag 12 april 2015 liep ik de Taibah moskee in Amsterdam binnen. Deze moskee bevindt zich vlak tegenover het metrostation en winkelcentrum Kraaiennest in de Bijlmer. Ik ging naar binnen via de hoofdingang bij de voordeur en liep naar de grote hal, die de gehele bovenverdieping beslaat en bestemd is voor de mannen. Deze hal is mooi, groot, netjes en schoon. Er hangen diverse versieringen en een prachtige kroonluchter.

De ruimte voor de zusters daarentegen is klein, vies, rommelig en stoffig; kleiner nog dan een gemiddelde woonkamer. De luidspreker doet het niet, de deur is vrijwel altijd op slot, en zusters worden geacht de moskee binnen te gaan via de achterdeur. Hierdoor is het onmogelijk om mee te doen aan de rituelen in de grote hal.

Ik kom al sinds 2007 met enige regelmaat in de Taibah-moskee en vraag ook al sinds die tijd iedere keer of de ruimte schoon kan worden gemaakt en de luidspreker kan worden gerepareerd, zonder enig resultaat.

Geïnspireerd door de moed en het activisme van islamitische feministen zoals Asra Nomani, Amina Wadud, Hind Makki en anderen, begon ik in 2014 te achterin de grote hal te bidden. Veel mannen in de moskee maakten hier opmerkingen over en ik legde ze altijd beleefd uit dat vrouwen het islamitische recht hebben om de moskee te bezoeken en in ieder geval achterin de musalla te bidden, en daarmee was de zaak meestal afgedaan.

Tot 12 april, toen het compleet uit de hand liep. Onderstaande brief aan de moskeevoorzitter beschrijft wat er die dag gebeurde:


“Geachte heer/mevrouw,

Hierbij zend ik u een brief aangaande het volgende. Vanmiddag heb ik, zoals ik vaker doe, gebeden in de musalla, de grote/hoofd-gebedshal die ook de ruimte van de mannen is. Dit heb ik gedaan om verschillende redenen:

Ten eerste, omdat de ruimte voor de vrouwen klein is, en vrijwel altijd stoffig en vies. Ook is de luidspreker al jaren kapot. Daardoor kunnen vrouwen daar het gebed, de khutba (preek) en de zikr (het gedenken van Allah swt door de recitatie van vaste formules/mantra’s) niet volgen. Hierdoor wordt het vrouwen onmogelijk gemaakt om actief te participeren in het gebed en de andere rituelen die in de moskee plaatsvinden.

Ten tweede, omdat de profeet, vrede zij met hem, heeft gezegd: “Reinheid is de helft van het geloof.” Zoals u ongetwijfeld weet, moet de gelovige, als hij/zij wil bidden, rein zijn, net zoals zijn/haar kleding en de ruimte waarin hij/zij bidt. Bidden in een vieze ruimte zou mijn gebed ongeldig maken, waardoor het mij feitelijk onmogelijk gemaakt wordt om te bidden.

Ten derde omdat er noch in het Mekka, Medina en Al Quds/Jeruzalem van nu – de drie heiligste plaatsen van de islam-, noch in de moskee in Medina ten tijde van de profeet, vrede zij met hem, grenzen, barrières en aparte gebedsruimtes zijn en waren. Mannen en vrouwen bidden en baden vrijelijk naast elkaar, voor en achter elkaar, en door elkaar. Ongetwijfeld zal dit bekend zijn bij de mannen die op hadj (bedevaart) zijn geweest.

Verder wil ik u erop wijzen, dat de profeet, vrede zij met hem, gezegd heeft: “De voorste rijen zijn de beste rijen voor de mannen, en de achterste rijen zijn de beste rijen voor de vrouwen.” In deze hadith is geen sprake van een verbod voor vrouwen om in de voorste rijen te bidden, of een verplichting voor vrouwen om achterin te bidden. En er is al helemaal geen sprake van het verplicht bidden in aparte ruimtes.

Bovendien heeft de profeet, vrede zij met hem, gezegd: “Verhinder vrouwen niet om naar de moskee te gaan.”

Om al deze bovenstaande redenen ben ik van mening dat ik als gelovige het islamitische recht heb om te bidden in de achterste rijen van de musalla van de moskee.

Daarom was ik dan ook zeer verbaasd, geschokt en verontwaardigd over het feit dat de uitoefening van dit recht mij vandaag onmogelijk werd gemaakt middels bedreiging en intimidatie door de voorzitter van het bestuur van de moskee.

Nadat ik mijn gebed had verricht, kwamen er verschillende van de aanwezige mannen naar mij toe om me te vertellen dat ik niet boven zou mogen bidden. Rustig en beleefd stond ik hen te woord en legde hun uit waarom ik het daar niet mee eens was.

Vervolgens haalde men de voorzitter erbij, die vrijwel meteen tegen me begon te schreeuwen en me op commanderende toon sommeerde de musalla te verlaten. Hij schreeuwde meerdere keren “Ga weg, ga weg!” naar mij, met zijn vinger wijzend naar de deur. Toen ik dit weigerde ging hij door met schreeuwen en voegde de volgende bedreiging toe, en ik citeer: “Je zult zien hoe je hier wordt weggesleept.” Deze uitspraken en handelingen van de voorzitter ervaar ik als zeer grievend, beledigend en intimiderend. Alsof dit nog niet erg genoeg was werd ter intimidatie de wijkagent erbij gehaald, die helaas de kant van de voorzitter koos.

De voorzitter verbood me daarna om überhaupt nog de moskee te betreden. Hierdoord deed hij precies wat de profeet, vrede zij met hem, expliciet verboden heeft: Het verbieden van vrouwen de moskee te betreden.


Deze handelwijze is niet alleen in strijd met de Koran en de sunna, maar ook in strijd met de Nederlandse wetgeving, die discriminatie op basis van geslacht expliciet verbiedt, onder andere in artikel 1 van de Grondwet.

Bovendien is een dergelijk gedrag binnen ieder sociaal normsysteem ter wereld onbeschoft, beledigend, denigrerend en intimiderend. Dit soort gedrag is een moslim, en zeker een voorzitter van een moskee, onwaardig.

Een dergelijke handelwijze is precies de reden dat vrouwen, jongeren en bekeerlingen wereldwijd uit de moskeeën wegblijven en zich zowel uit de moskee als uit de Ummah voelen weggeterroriseerd.

Een moskee is het huis van Allah swt, en omdat Hij, verheven zij Hij, ons allen heeft geschapen, zou in Zijn huis iedereen welkom moeten zijn, ongeacht geslacht, ras, klasse, sekse, etniciteit, cultuur, leeftijd, kleur of seksuele voorkeur.

Daarom herinner ik u dan ook aan uw verantwoordelijkheid tegenover de gemeenschap, de Nederlandse wet, maar vooral ook tegenover God.

De moskee is in de eerste plaats de plek waar het gebed verricht wordt, en daarom is het niet alleen onacceptabel, maar ook strijdig met het primaire doel van een moskee om een vrouw te verhinderen te bidden in de moskee!

Daarom nodig ik u ook uit om het gesprek met mij aan te gaan, geleid door een onafhankelijke derde partij die als hakam/mediator zal optreden om dit conflict uit te praten en het voor mij en alle andere zusters mogelijk te maken om Allah swt op een waardige en niet-discriminatoire manier te aanbidden in de musalla van Zijn huis.

Wa alaykum salam wa rahmatullah wa barakatuh,

 

Hoogachtend,

Rosalinda Wijks.”
 

Uiteindelijk ontving ik twee reacties op de bovenstaande brief van de secretaris van de Taibah-moskee. De eerste brief kwam erop neer dat “regels regels zijn”, en dat “hij zich wel kon voorstellen dat sommige bezoekers geïrriteerd raakten”.

Vervolgens wees ik hem erop dat het niet ging om "sommige moskeebezoekers" en/of een willekeurige moskeebezoeker, maar om de voorzitter van het bestuur die een leidinggevende en voorbeeldfunctie vervult.

Door dergelijk gedrag gaf de voorzitter de boodschap dat het in de Taibah-moskee kennelijk toegestaan is om een vrouw te commanderen, te intimideren en tegen haar te schreeuwen om het enkele feit dat zij haar islamitische recht uitoefent om te bidden in de musalla.

De reactie die ik hierop kreeg, luidde dat :”ik niet moest doen alsof ik niets gedaan had, want ik had de moskeeregels overtreden." Mijns inziens komt dit neer op victim blaming. Noch het bestuur, noch de wijkagent is ingegaan op mijn inhoudelijke argumenten.

Na het plaatsen van mijn stuk kreeg ik echter vrijwel alleen maar positieve reacties en iedereen aan wie ik het vertelde: Man, vrouw, moslim of niet-moslim was er zeer geschokt en verontwaardigd over.

Mijn eerste, Engelstalige Facebook-post over het incident werd overgenomen op de Side Entrance blog, een blog over de positie van moslimvrouwen in de moskee wereldwijd.

De reden dat dit incident van belang is, is omdat het niet alleen om mij en Taibah gaat, maar om de positie van vrouwen in moskeeën wereldwijd. In zekere zin was dit incident een blessing in disguise, omdat het me nog sterker bewust heeft gemaakt van de noodzaak om als moslimvrouwen voor onze rechten op te komen. Toch blijf ik hoopvol. Alhamdulillah is er een wereldwijde  islamitisch-feministische beweging gaande voor gelijkberechtiging van moslimvrouwen, en in sha’Allah zal deze beweging haar doelen bereiken.

Rosalinda Wijks is studente Rechtsgeleerdheid aan de Open Universiteit. Naast haar studie houdt ze zich bezig met schrijven, Oriëntaalse dans en moslimfeminisme.

Deze recensie is eerder gepubliceerd in het blad Al Nisa. Bijgewerkt voor publicatie op www.mpvnederland.org op 18 april 2016.

Disclaimer
Via de blogs en het kennisplatform van MPV Nederland komen een scala aan auteurs en artikelen aan bod, welke niet per se de visie van MPV Nederland reflecteren. Het auteursrecht en het copyright ligt bij de oorspronkelijke auteurs. Niets van de inhoud van deze site mag zonder de toestemming van de bij het artikel vermelde auteur worden overgenomen.

Bronvermelding: http://taibah.nl
Lees ook het verslag op Side Entrance